De voorlopige voorzieningen procedure bij echtscheiding

woensdag 26 augustus 2020

In een procedure tot echtscheiding (of bij ontbinding van het geregistreerd partnerschap) kan – naast de echtscheiding an sich – ook worden verzocht om nevenvoorzieningen te bepalen. Het gaat dan bijvoorbeeld om kinder- en/of partneralimentatie, het voortgezet gebruik van de echtelijke woning, de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap of de vaststelling van een zorgregeling.

Een echtscheidingsprocedure op tegenspraak kan echter lang duren. U bent vaak minimaal een half jaar tot soms een jaar of meer aan het procederen. Het heeft de voorkeur om in de tussentijd voorlopige afspraken te maken. Soms lukt dat helaas niet. In dergelijke gevallen is het wenselijk dat in een eerder stadium voorlopige beslissingen worden genomen door de rechtbank. Daar is de voorlopige voorzieningen procedure voor bedoeld. In de voorlopige voorzieningen procedure kan de rechtbank beslissingen nemen welke gelden voor de duur van het geding, dus zo lang de echtscheiding in de bodemprocedure loopt en nog niet is afgerond.

LIMITATIEVE MOGELIJKHEDEN

In de voorlopige voorzieningen procedure kan slechts een beperkt aantal voorzieningen worden verzocht welke limitatief in de wet staan opgesomd:

  • het voorlopig (uitsluitend) gebruik van de echtelijke woning;
  • het beschikbaar stellen van goederen die tot het dagelijks gebruik strekken;
  • de voorlopige toevertrouwing van de kinderen aan een van de echtgenoten;
  • een voorlopige verdeling van de zorg- en opvoedingstaken;
  • een voorlopige kinder- en/of partneralimentatie;
  • een voorlopige informatie- en consultatieregeling.

VOORLOPIGE VOORZIENINGEN: DE PROCEDURE

De voorlopige voorzieningen procedure kan worden gestart tijdens de echtscheidingsprocedure, maar ook voordat de procedure begint. De procedure wordt opgestart met een verzoekschrift. Dit verzoekschrift moet door een advocaat worden ingediend. Mocht de voorlopige voorzieningen procedure worden gestart voordat de echtscheidingsprocedure is aangevangen, dan moet de echtscheidingsprocedure worden gestart binnen vier weken nadat de beschikking in de voorlopige voorzieningen procedure is gewezen. Als dat niet gebeurt komen de voorlopige voorzieningen te vervallen.

Nadat het verzoekschrift voorlopige voorzieningen is ingediend, zal er door de rechtbank een mondelinge behandeling worden ingepland. De wet schrijft voor dat deze mondelinge behandeling plaats moet vinden binnen drie weken na het indienen van het verzoekschrift. De wederpartij kan tot aan de mondelinge behandeling een verweerschrift indienen, met daarbij indien gewenst zelfstandige verzoeken. Indien de wederpartij geen verweerschrift indient kan er ook tijdens de mondelinge behandeling nog verweer worden gevoerd.

De rechtbank doet in principe binnen twee weken uitspraak. Deze uitspraak wordt altijd per post aan de advocaat gezonden. De voorlopige voorzieningen gelden tot het moment dat de echtscheidingsbeschikking is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. Daarna  geldt hetgeen in de bodemprocedure is bepaald.

HOGER BEROEP?

Het is niet mogelijk om in hoger beroep te gaan tegen een beschikking inzake voorlopige voorzieningen. In uitzonderlijke gevallen kan er wel om een wijziging van de beschikking worden verzocht. Er moet dan sprake zijn van een zodanige wijziging van omstandigheden nadat de beschikking is gewezen dat deze beschikking niet in stand kan blijven. Ook in het geval de rechtbank bij de beschikking van onjuiste gegevens is uitgegaan, kan in bepaalde gevallen de voorlopige voorziening worden gewijzigd.

De gespecialiseerde advocaten van Westland Partners kunnen u bijstaan in de echtscheidingsprocedure en indien nodig in een procedure voorlopige voorzieningen. Neemt u gerust (vrijblijvend) contact met ons op.

 

Terug naar overzicht